Nieuwe transparantieverplichtingen voor stichtingen en verenigingen
Vanaf 1 januari 2026 treedt de Wet transparantie en tegengaan ondermijning door maatschappelijke organisaties in werking. Deze wet verplicht alle stichtingen, ook niet-commerciële, om jaarlijks hun staat van baten en lasten te deponeren bij de KVK.
Daarnaast moeten stichtingen, verenigingen en kerkgenootschappen op verzoek van bepaalde instituties, zoals de burgemeester of het Openbaar Ministerie, informatie verstrekken. Bijvoorbeeld over de herkomst, het doel en de omvang van donaties, zowel uit binnen- als buitenland. Doel van deze wet is het vergroten van transparantie en het voorkomen van misbruik van maatschappelijke organisaties voor ondermijnende activiteiten.
ANBI’s verplicht tot digitale publicatie via centraal portaal
Vanaf 2026 verandert de publicatieplicht voor Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI’s). Zij moeten hun gegevens niet alleen op de eigen of branchewebsite plaatsen, maar ook in een centraal digitaal portaal van de Belastingdienst.
ANBI’s moeten hun gegevens voortaan via een standaardformulier elektronisch aanleveren. Deze gegevens worden vervolgens openbaar toegankelijk gemaakt via het nieuwe Portaal-ANBI. Daarnaast komt er een tweede portaal, ANBI Toezicht, uitsluitend voor de Belastingdienst, bedoeld voor digitale controle en registratie.
Het doel van deze wijziging is meer transparantie en beter toezicht. Voor ANBI’s zelf mag dit geen extra administratieve lasten opleveren. In de Memorie van Toelichting staat wel dat de nieuwe portal pas later te gebruiken is. De publicatieplicht via de portal gaat daarom in op 1 januari 2029. Het toezicht via deze portal volgt op 1 januari 2030.
Afschaffing fiscale voordelen bij ongelijke verdeling (huwelijks)gemeenschap
De rechter heeft bepaald dat een ongelijke verdeling van gemeenschappelijk huwelijksvermogen is toegestaan. Denk bijvoorbeeld aan een verdeling van 90:10. Zo’n verschuiving wordt niet belast. Dit zorgde in de praktijk voor constructies waarbij in zicht van overlijden of scheiding het vermogen strategisch werd verdeeld. Bijvoorbeeld om erfbelasting te verlagen of alimentatie te ontwijken.
Volgens de nieuwe regeling wordt het deel dat een echtgenoot meer krijgt dan de helft van het gezamenlijke vermogen, belast met erf- of schenkbelasting. Dat geldt zowel bij een scheiding als bij overlijden. Het maakt daarbij niet uit De heffing vindt plaats bij scheiding of overlijden, ongeacht wanneer de ongelijke verdeling is afgesproken.
Let op!
De regeling gaat in op 1 januari 2026. Aanpassingen in het gemeenschappelijk huwelijksvermogen naar ongelijke verdelingen die plaatsvinden na 16 september 2025, worden belast bij scheiding of overlijden.
Let op!
Deze regels gelden ook voor geregistreerd partnerschap en samenwoners.
Gelijke fiscale behandeling voor biologische en juridische kinderen vanaf 2026
Het is mogelijk dat een kind een schenking of nalatenschap krijgt van de biologische vader, maar niet door hem is erkend. In die situatie kan het kind geen beroep doen op de kindvrijstelling en het kindtarief. Dit werd als onrechtvaardig gezien als er wel een vorm van nauwe persoonlijke band tussen vader en kind bestaat.
De rechter liet het aan de wetgever over om dit gebrek te herstellen. Daarom wordt in de Successiewet een biologisch kind gelijkgesteld aan een eigen kind. Om misbruik te voorkomen, moet wel met een DNA-test worden aangetoond dat er sprake is van bloedverwantschap.
Als gevolg hiervan is het mogelijk dat het kind afzonderlijk van de wettelijke vader en de biologische vader een schenking of nalatenschap tegen een laag tarief ontvangt. Dit maakt het ook mogelijk om 2 keer van schenkvrijstellingen te profiteren.
Erfbelasting: verlenging aangiftetermijn en aanpassing belastingrente
Veelal blijkt het niet haalbaar om binnen de termijn van 8 maanden aangifte erfbelasting te doen doordat nog niet alle gegevens beschikbaar zijn. Het doen van een voorlopige aangifte erfbelasting lukt om diezelfde reden ook niet altijd op tijd. Hierdoor worden aanslagen erfbelasting opgelegd met berekening van belastingrente. Dit wordt als onredelijk ervaren.
Om hieraan tegemoet te komen, wordt met ingang van 2026 de aangiftetermijn met 1 jaar verlengd. Het gaat van 8 naar 20 maanden na de dag van overlijden. Een aanslag erfbelasting die volgt uit een tijdig ingediende aangifte kan vervolgens zonder belastingrente worden betaald. De nieuwe aangiftetermijn geldt alleen voor overlijdens die op of na 1 januari 2026 plaatsvinden.
Is die 20 maanden alsnog onvoldoende om de aangifte erfbelasting te doen? Dan kun je op verzoek eenmalig 4 maanden uitstel krijgen. De langere termijn voor het doen van aangifte geeft de Belastingdienst niet een langere behandeltermijn. De aanslag erfbelasting moet namelijk nog steeds binnen 3 jaar na het overlijden zijn opgelegd.
180-dagen fictie erfbelasting
Binnen de Successiewet geldt dat wanneer je een schenking ontvangt van iemand die binnen 180 dagen overlijdt, dit als onderdeel van de erfenis wordt gezien. Dit is bedoeld om schenkingen in zicht van overlijden – ter besparing van erfbelasting – tegen te gaan.
Op dit moment dien je bij een schenking een aangifte schenkbelasting in, maar bij een eventueel overlijden binnen 180 dagen wordt de schenkbelasting verrekend met de erfbelasting. Dit wordt als onnodig complex ervaren.
Vanaf 1 januari 2026 hoef je geen aparte aangifte schenkbelasting meer te doen als de schenker binnen 180 dagen overlijdt. De schenking telt wel nog steeds mee als onderdeel van de erfenis en moet je dus opnemen in de aangifte erfbelasting. Deze maatregel geldt alleen voor schenkingen die ná 5 juli 2025 zijn gedaan.
Was het overlijden niet te voorzien en had je de aangifte schenkbelasting al ingediend en/of betaald? Dan zal de Belastingdienst de aanslag zelfstandig verminderen en de betaling retourneren.
DAC8: automatische uitwisseling van crypto-informatie
Vanaf 1 januari 2026 treedt de Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling cryptoactiva (DAC8) in werking. Deze wet verplicht cryptoaanbieders om klantgegevens en transactiegegevens te rapporteren aan de Belastingdienst en zorgt voor automatische uitwisseling van deze gegevens tussen EU-lidstaten.
Deze wet heeft geen directe gevolgen voor bezitters van crypto, aangezien zij al verplicht zijn hun bezittingen in box 3 op te geven. Het niet naleven van de rapportageplicht kan leiden tot boetes tot €1.030.000.
Inzagerecht voor belastingplichtigen en inhoudingsplichtigen
Vanaf 2026 krijg je als belastingplichtige en inhoudingsplichtige het wettelijke recht om op jouw verzoek inzage te krijgen in je fiscale dossier bij de Belastingdienst en de Douane. Concreet betekent dit dat je kunt inloggen op een portaal op elk gewenst moment en zo de beschikking krijgt over je eigen fiscale dossier.
Tot nu toe was inzage vaak beperkt tot de bezwaarfase of bij boeteprocedures. Deze wetswijziging beoogt een grotere transparantie en controleerbaarheid van de fiscale gegevens voor belastingplichtigen.
Verhoging invorderingsrente
De hoogte van de invorderingsrente is geregeld in een beleidsbesluit. Momenteel bedraagt de invorderingsrente 4%. In de Miljoenennota is benoemd dat de invorderingsrente omhoog gaat naar 4,25%.